Nog even en de eerste kieviten slaken hun kreten boven de weilanden, op zoek naar een plek om te broeden. De winter bleef uit en ze gingen dus niet ver naar het zuiden. Het zachte weer brengt de natuur vroeg in een voorjaarsstemming. Aan welke knoppen kun je in het vroege voorjaar allemaal draaien om de weidevogels een handje te helpen? Water vasthouden op je plas-dras percelen en greppels ligt als eerste voor de hand. Combineer je plas-dras zo mogelijk nog met een hoogwater-sloot. Daarmee laat je de greppels makkelijk vollopen en voor de vogels is die natte oever, met slikkige randen, van grote meerwaarde. Dat water een levensbehoefte is voor vogels en kuikens werd in de natte april en mei van vorig jaar ook wel duidelijk. Hoewel ik erbij moet zeggen dat de lage temperatuur ook een factor was, want die temperde de grasgroei. In ‘gewone’ voorjaren drogen de weilanden in april en mei op en groeit het gras hard, zodat het snel gesloten en hoog is. Voedsel is dan moeilijker bereikbaar. En juist dan zijn die plasdrassen en hoogwatersloten van vitaal belang om de vogels te voeden. Over voeden gesproken, vaste mest is een wormenlokker. Benut dat dus zoveel mogelijk op percelen waar de meeste weidevogels zitten en strooi het zo laat mogelijk uit: hoe later in het voorjaar, hoe hongeriger de wormen, hoe meer effect. ‘Vaste mest is een wormenlokker. Hoe later je strooit, hoe meer effect’ En laat drijfmest (in het voorjaar) achterwege op de weilanden waar je een uitgestelde maaidatum hebt. Dat zorgt voor een wat opener gewas, waardoor de kuikens daar in mei en juni beter uit de voeten kunnen. Voor jezelf is het ook beter, want de maaisnede is lichter en heeft een betere voederwaarde, blijkt uit onderzoek. Over het hele seizoen gerekend scheelt het amper opbrengst (Bemesten ‘uitgestelde maaidatum land’). Je kunt trouwens ook nu al iets doen aan de grashoogte: laat het in februari of maart nog even kort afgrazen met een koppel schapen. Met gevleugelde groet, Weidevogelman
|
25 februari 2022